Aanleiding en verzoek

In juli 2018 heeft de ZLTO de provincie Noord-Brabant gedagvaard om reden dat in de Verordening natuurbescherming veehouders worden verplicht hun verouderde stallen aan te passen aan strengere emissiereductie-eisen. Inmiddels is gebleken dat de rechtbank Den Haag dit jaar geen uitspraak meer zal doen over de houdbaarheid van de Verordening natuurbescherming. Voor de termijn van 1 januari 2020 zal er aldus geen uitspraak liggen en heeft ZLTO besloten zich tot de rechter te wenden.

De termijn voor het indienen van een aanvraag omgevingsvergunning is verzocht te worden opgeschort totdat meer duidelijkheid bestaat over de houdbaarheid van de Verordening natuurbescherming. Grondslag daarvoor is dat op dit moment veel veehouders geen volledige en ontvankelijke aanvraag kunnen indienen én dus niet kunnen voldoen aan de huidige verplichting. Op dit moment werkt Aerius niet, omdat de rekenmodule wordt herzien. Er worden op dit moment geen Natuurbeschermingswetvergunningen verleend vanwege de uitspraak over het Programma Aanpak Stikstof en voor diverse diercategorieën zijn er geen erkende (brongerichte) stalsystemen die de strengere normen kunnen halen, beschikbaar en erkend.

Overigens heeft de provincie vanwege Aerius aangekondigd de termijn op te rekken naar 1 april 2019. Dit is echter geen afdoende maatregel vanwege het ontbreken van stalsystemen en de stillegging van vergunningverlening.

Overtreding

Indien geen ontvankelijke en vergunbare aanvraag is ingediend vóór 1 januari 2020 (of na formele herziening: 1 april 2019) wordt er een strafbaar feit begaan. Naast strafrechtelijke vervolging kan er ook bestuursrechtelijk worden opgetreden door middel van het opleggen van een last onder bestuursdwang of een last onder dwangsom.

Verplichting blijft bestaan

Van belang is dat de lopende rechtszaken veehouders niet ontslaan van de verplichting een volledige en vergunbare vergunningaanvraag in te dienen. Het is op dit moment onzeker wat de uitkomst van deze procedures zal zijn. Dit betekent dat veehouders zelf de keuze maken om al dan niet een vergunningaanvraag voor te bereiden en tijdig in te dienen.

Dossieropbouw

Veehouders worden geadviseerd een dossier op te bouwen. Veehouders hebben nu de plicht om een vergunningaanvraag in te dienen, maar kunnen daar niet aan voldoen. Om deze reden wordt geadviseerd het bevoegd gezag, in dit geval het college van burgemeester en wethouders van de desbetreffende gemeente en het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Brabant, aan te schrijven met het verzoek te reageren op vragen zoals welke erkende brongerichte technieken kunnen worden toegepast op het eigen bedrijf en op welke wijze voor het bedrijf een natuurbeschermingswetvergunning kan worden verkregen. De antwoorden op deze vragen zijn belangrijk bij eventuele vervolgprocedures. Daarnaast is het raadzaam gemaakte advieskosten en legeskosten voor de aanpassing van verouderde stallen goed in beeld te hebben en te bewaren.

Voor het aanschrijven van gemeente en provincie met vragen over de eigen situatie is van belang de juiste vragen te stellen. Die vragen zijn in de regel hetzelfde, maar per individueel geval weer net iets anders. Als u hulp wilt bij het opstellen van die brieven, neemt u dan eventueel contact op met Linssen cs Advocaten. Zij staan ZLTO ook bij in de procedure tegen de Verordening natuurbescherming en kunnen helpen met de inhoud van de brieven. Linssen cs Advocaten (Marieke Toonders & Esther Wijnen) zijn bereikbaar op het telefoonnummer 013-5420400.